Op een boogscheut van de stad Mechelen maakt het Sigmaplan werk van het Sigmaproject Dijlemonding, een klavertjevier van overstromingsgebieden. Aan de rand van Grote Vijver is inventiviteit geboden. Uit plaatsgebrek trekt het ingenieursteam een kofferdam op. Wat is dat?

Grote Vijver is het grootste overstromingsgebied van het Sigmaproject Dijlemonding, op het grondgebied van Mechelen. Het gebied bestaat uit twee delen. In het noordelijke deel (25 ha) kunnen de Dijle en de Nete straks bij stormtij overvloedig water kwijt. De zuidelijke recreatievijver (75 ha) grenst aan de Dijle en zal slechts eens om tien à twintig jaar overstromen.

Omvattende dijk

Om Grote Vijver tegen 2020 klaar te stomen voor actie, legt waterwegbeheerder Waterwegen en Zeekanaal NV (W&Z) een ringdijk aan rond het ganse gebied. Die bewaart de watermassa tijdelijk in het gebied, en houdt zo de voeten van omwonenden droog. Eerder dit jaar kreeg aan de noordkant van het gebied een eerste dijkdeel vorm, van de Nete tot aan het kasteel van Battenbroek.

Smal maar stevig

Om het Kasteel van Battenbroek, de terreinen van voetbalclub F.C. Walem en het hinterland (zie kaartje) in bescherming te nemen, is een andere oplossing nodig. Uit plaatsgebrek is het immers niet mogelijk de klassieke gronddijk door te trekken. Daarom opteerde W&Z voor een vernuftige waterkeringsmuur. Deze ‘kofferdam’ bestaat uit twee stalen wanden, die op ongeveer 6 meter van elkaar staan en met elkaar verbonden zijn door stalen trekstangen. De ruimte tussen de wanden vult W&Z met zand. Zo ontstaat een brede muur die weinig plaats inneemt, maar wel bestand is tegen grote druk.


Meer info over het projectgebied Dijlemonding vind je hier.