Meer waterveiligheid
Grote Wal, Kleine Wal en Zwijn, vormen we om tot een gecontroleerd overstromingsgebied met gereduceerd getij. Samen zullen ze rivierwater opvangen bij stormtij. Om de achterliggende dorpskernen, akkers en graslanden droog te houden, bouwden we een ringdijk aan de westelijke kant van Wal-Zwijn. Die moet het water, dat het overstromingsgebied inloopt, tegenhouden. Vanop de nieuwe dijk kan je nu al het veranderende Scheldelandschap bewonderen.
Zoals je leest, gaan de werken goed vooruit. Als we aan dit tempo kunnen verder werken, zal Wal-Zwijn een volwaardig overstromingsgebied met typische riviernatuur zijn in de loop van 2026.
Meer (getijden)natuur
We zijn al een tijdje aan de slag in de regio. Zo ontpolderden we vorig jaar nog Groot Schoor. Dat betekent dat de rivier hier weer meer ruimte heeft om te stromen. Door de wisselwerking van eb en vloed loopt het Scheldewater Groot Schoor 2 keer per dag in en uit. Dat leidt tot de ontwikkeling van waardevolle zoetwatergetijdennatuur: slikken en schorren zijn een bondgenoot in de strijd tegen de gevolgen van de klimaatverandering, zijn het leefgebied van vele soorten vissen en vogels, zuiveren het water en nog veel meer.
Bij de ontwikkeling van nieuwe getijdennatuur is er mogelijk een onevenwicht in het ecosysteem wat kan leiden tot de aanwezigheid van knijten. Afgelopen zomer was dit het geval in Groot Schoor. Momenteel doen we intensief onderzoek naar de knijtenproblematiek en bekijken we wat we op korte termijn kunnen doen om de hinder te beperken. Ervaring leert dat de overlast in overstromingsgebieden met de jaren afneemt: als kreken zich vormen, de drainage verbetert, nieuwe vegetatie zich ontwikkelt en er hierdoor minder nat slib is, ontstaat een gebied dat veel minder aantrekkelijk is voor knijten.